Spraakopdrachten
Druk op
en selecteer
Instrumenten
>
Hulpprogr.
>
Spraakopdr.
.
U kunt het apparaat besturen met behulp van
uitgebreide spraakopdrachten.
Zie
'Spraakoproepen', p. 141.
Als u uitgebreide spraakopdrachten wilt activeren om
toepassingen en profielen te starten, houdt u vanuit de
stand-by modus de rechterselectietoets ingedrukt.
Als u uitgebreide spraakopdrachten wilt gebruiken,
houdt u de rechterselectietoets ingedrukt in de stand-
by modus en spreekt u de spraakopdracht in. De
spraakopdracht is de naam van de toepassing of het
profiel in de lijst.
Als u de spraakopdrachten wilt bewerken, gaat u naar
de toepassing Spraakopdrachten, selecteert u een
item, bijvoorbeeld een toepassing of profiel, en
selecteert u
Bewerken
.
Selecteer
Opties
>
Afspelen
als u het synthesizer-
spraaklabel wilt beluisteren.
Selecteer
Opties
>
Spraakopdr. verwijderen
als u
een spraakopdracht wilt verwijderen die u handmatig
hebt toegevoegd.
Selecteer
Opties
>
Instellingen
en kies een van de
volgende opties:
●
Synthesizer
— Hiermee kunt u de synthesizer in-
of uitschakelen die herkende spraaklabels en
opdrachten in de geselecteerde taal van het
apparaat afspeelt.
●
Afspeelvolume
— Hiermee kunt u het
afspeelvolume voor de spraakopdrachten bijstellen.
●
Gevoeligheid herkenning
— Hiermee kun u de
snelheid waarmee de synthesizer de spraak
herkent, aanpassen. Als u de gevoeligheid te hoog
instelt, worden opdrachten mogelijk niet
geaccepteerd als gevolg van achtergrondgeluiden.
●
Opdrachtverificatie
— Hiermee kunt u opgeven of
de gesproken opdracht handmatig, spraakgestuurd
of automatisch wordt geaccepteerd.
●
Spraakaanp. verwijderen
— Hiermee kunt u het
leren van spraakherkenning opnieuw instellen,
bijvoorbeeld wanneer de hoofdgebruiker van het
apparaat is veranderd.